Ervaren wandelaar Jeanne (Vianen) loopt haar 38ste Vierdaagse
VIANEN – Voor Jeanne van Haren uit Vianen is de Nijmeegse 4Daagse een jaarlijks terugkerende traditie. Dit jaar trekt ze voor de 38ste keer de wandelschoenen aan. Haar eerste deelname was op vijftienjarige leeftijd, en sindsdien is de tocht niet meer weg te denken uit haar leven.
Jeanne liep haar eerste 4Daagse op jonge leeftijd. “Ik was net vijftien en had in mei al een zware tocht door Zwitserland gelopen. Berg op, berg af. Toen dacht ik: als dat lukt, dan lukt de Nijmeegse 4Daagse ook.”
“De eerste kilometers: met het hoofd omlaag naar de klinkers”
Ze herinnert zich haar eerste binnenkomst nog levendig. “Het voelde als een eindeloze tocht. We liepen vooral met het hoofd omlaag, starend naar de klinkers. Maar de trots bij de finish maakt alles goed.” Jeanne liep toen mee met scoutinggroep uit Cuijk, een ervaring die de basis vormde voor tientallen edities daarna. "Elke stap is herinnering."
Van lege straten naar een mensenzee
De sfeer langs de route is volgens Jeanne in de loop der jaren flink veranderd. “Toen ik voor het eerst door Cuijk liep, stond er vrijwel niemand langs de kant. Een paar mensen bij de Maas riepen: ‘Die loopt ook mee!’ In Nijmegen was het destijds ook nog niet zo druk.”
Inmiddels is de 4daagse uitgegroeid tot een nationaal evenement, met duizenden toeschouwers en deelnemers uit binnen- en buitenland. Maar ondanks die groei is voor Jeanne het hart van de tocht hetzelfde gebleven: “Het gaat om het samen zijn. Het lief en leed dat je onderweg deelt. Die verbondenheid is wat het bijzonder maakt.”
Een koninklijk gevoel
Voor Jeanne is de aankomst op de Via Gladiola elk jaar opnieuw een hoogtepunt. “Het onthaal, het applaus, de medaille… het voelt als een koninklijke onderscheiding en dat is het ook”. Ze benadrukt dat het niet alleen om het lopen draait. “Iedereen heeft zijn eigen verhaal. Je loopt niet alleen met je voeten, maar ook met je hoofd en hart.”
Vier decennia 4daagse, en nog geen eind in zicht
De coronajaren onderbraken haar reeks, maar die twee edities telt Jeanne bewust niet mee. “In mijn hoofd blijf ik gewoon op 38 staan. En zolang het fysiek nog gaat, blijf ik doorgaan.”
Haar toewijding is opmerkelijk, maar Jeanne blijft er nuchter onder. “Je doet het samen. Iedereen onderweg heeft zijn eigen motivatie. Ik ben gewoon blij dat ik het elk jaar nog mag meemaken.”
Land van Cuijk als tussenstop én thuisbasis
Voor wandelaars die door Cuijk trekken is het een welkome etappe, voor Jeanne is het thuiskomen. Ze ziet hoe Cuijk in de loop der jaren onderdeel is geworden van de beleving. “Cuijk is geen passief decor meer, maar een plek waar echt geleefd wordt langs de route. Dat doet me goed.”