Geen lokale cijfers over herkomst zedendaders in Land van Cuijk
LAND VAN CUIJK – De gemeente gaat geen cijfers verzamelen over de herkomst van verdachten of daders van zedenmisdrijven. Dat blijkt uit de beantwoording van schriftelijke vragen van Forum voor Democratie (FVD). De partij verwees naar een rapport van behandelorganisatie STEVIG, waarin staat dat negentig procent van de onderzochte daders van seksuele uitbuiting een migratieachtergrond zou hebben.
Marianne Akkermans, fractievoorzitter van FVD wilde weten of de gemeente de bevindingen uit het rapport herkent en bereid is vergelijkbare cijfers lokaal te verzamelen. Het college zegt dat dat onmogelijk is, omdat persoonsgegevens over etnische herkomst niet door gemeenten mogen worden geregistreerd.
Gemeente mag zulke gegevens niet bijhouden
Alleen landelijke instanties zoals het Centraal Bureau voor de Statistiek, de politie en het Openbaar Ministerie beschikken over deze informatie. Volgens het college verbiedt de privacywetgeving het om op gemeentelijk niveau onderscheid te maken naar herkomst. De gemeente kan die cijfers daarom niet verzamelen of publiceren.
Wat in het STEVIG-rapport staat
Het rapport Weet jij wie ik ben? – Dader of slachtoffer van seksuele uitbuiting verscheen in januari 2024. Het werd opgesteld door behandelorganisatie STEVIG in samenwerking met het ministerie van Justitie en Veiligheid. STEVIG werkt in Limburg, Noord-Brabant en Gelderland en behandelt mensen met een verstandelijke beperking of psychiatrische problematiek die in aanraking komen met justitie.
College plaatst kanttekeningen bij de conclusies
Volgens het college gaat het rapport niet over representatief of wetenschappelijk onderzoek, maar over een studie binnen een beperkte doelgroep. De resultaten vragen volgens de gemeente om “zorgvuldige duiding in breder perspectief”. Daarbij spelen volgens het college ook factoren als sociaaleconomische positie, opleidingsniveau, verblijfsstatus en culturele context een rol.
Geen etnische focus in beleid
Het gemeentebestuur benadrukt dat het beleid in Land van Cuijk zich richt op risicofactoren, niet op afkomst. In het programma Aanpak mensenhandel 2024–2028 ligt de nadruk op bewustwording, preventie en bescherming van slachtoffers. De voorlichting is gericht op bestuurders, professionals en inwoners en behandelt alle vormen van mensenhandel: arbeidsuitbuiting, criminele uitbuiting en seksuele uitbuiting.
Balans tussen feiten en zorgvuldigheid
Het college schrijft dat beleid gebaseerd moet zijn op feiten en betrouwbare gegevens, maar ook rekening moet houden met maatschappelijke samenhang. Beleid mag, zo stelt het bestuur, niet leiden tot stigmatisering van groepen in de samenleving.
Brede uitvoering wordt voortgezet
De gemeente voert het bestaande beleid rond mensenhandel ongewijzigd uit. Landelijke onderzoeken en cijfers over daderschap en slachtofferschap worden gevolgd, maar niet vertaald naar lokale statistieken.
