Drie veroordelingen voor reeks diefstallen van gereedschap in onder andere Grave en Cuijk
ZWOLLE – De rechtbank Overijssel heeft maandag drie mannen zonder vaste woon- of verblijfplaats veroordeeld tot respectievelijk 24, 27 en nogmaals 27 maanden gevangenisstraf voor een reeks inbraken op bouwplaatsen, waaronder in Grave en Cuijk. De mannen maakten deel uit van een rondtrekkende bende die in april 2025 zeker zeven inbraken pleegde en daarbij ruim 320 stuks gereedschap buitmaakte.
Tussen 1 en 5 april 2025 werd in meerdere plaatsen in Nederland ingebroken. Op de bouwterreinen werden containers opengebroken en dure accu’s, boormachines en ander elektrisch gereedschap gestolen. In Grave vond tussen het eind van de middag op 2 april en de volgende ochtend op een bouwterrein een inbraak plaats. Daarbij werd het hangslot van een container doorgeslepen. Uit de container werd een deel van een lasapparaat meegenomen. Om 6:30 op 3 april bleek een container op een bouwterrein in Cuijk opengebroken te zijn. Al het gereedschap dat in de container lag werd gestolen. De dieven deden ook Maarssen, Nieuwegeen, Delfzijl, Zwolle en Amersfoort aan.
Buit teruggevonden
De buit – in totaal 326 gereedschappen – werd later teruggevonden in een bestelbus met Roemeens kenteken op een parkeerplaats in Zwolle. Op de gereedschapskoffers stonden stickers en initialen van lokale bouwbedrijven, waardoor de politie de herkomst kon achterhalen. Ook droeg een verdachte bij zijn aanhouding een vest met het logo van een van de bedrijven waar kort daarvoor was ingebroken. Zijn verklaring dat hij het kledingstuk “op een rommelmarkt in Zweden” had gekocht, werd door de rechtbank ongeloofwaardig genoemd.
Slimme samenwerking en ‘mobiel banditisme’
De politie kwam de groep op het spoor dankzij ANPR-camera’s, die kentekens registreren op snelwegen. Drie voertuigen – een Mercedes E270, een Mercedes Vito en een Mercedes Sprinter – bleken in korte tijd op verschillende plaatsen in het land bij elkaar in de buurt te rijden, telkens rond het tijdstip van de inbraken. De rechtbank sprak van een duidelijke taakverdeling binnen de groep: terwijl de een op de uitkijk stond, was een ander bezig met het openbreken van containers. De rechters noemden het handelen van de groep een typisch voorbeeld van mobiel banditisme – georganiseerde, rondreizende dievengroepen die in korte tijd grote schade veroorzaken. Volgens de rechtbank moest er “een duidelijk signaal worden afgegeven” aan buitenlandse daders die naar Nederland komen om in korte tijd meerdere diefstallen te plegen. Daarom kregen de daders zwaardere straffen dan geëist.