Hernieuwde concessie Arriva houdt Israëlisch busbedrijf buiten de deur in Oost-Brabant
’S-HERTOGENBOSCH – Het streekbusvervoer in Oost-Brabant blijft ook de komende jaren in handen van Arriva, en dat geldt dus ook voor het Land van Cuijk. Daarmee houdt de regio het omstreden Israëlisch busbedrijf EBS buiten de deur. De provincie Noord-Brabant maakte onlangs bekend dat Arriva de concessie voor het openbaar vervoer in Oost-Brabant opnieuw heeft gewonnen. De nieuwe overeenkomst gaat start in december 2026 en loopt tot 2039.
Daarmee komt een einde aan de zorgen over de mogelijke komst van EBS, een vervoerder die eigendom is van het Israëlische bedrijf Egged. Egged staat op een VN-lijst van bedrijven die actief zijn in Israëlische nederzettingen in bezet Palestijns gebied. Dat leidde tot kritiek vanuit onder andere GroenLinks, PvdA en de Partij voor de Dieren, die vonden dat Brabant EBS had moeten uitsluiten van de aanbesteding. Ook in Land van Cuijk klonk verzet: buurtbusvrijwilligers lieten weten hun werk neer te leggen als EBS de opdracht zou krijgen. Hoewel de provincie eerder aangaf dat juridische regels het onmogelijk maakten om EBS uit te sluiten, blijkt dat uiteindelijk dus niet nodig. Bestaande vervoerder Arriva kwam als beste uit de aanbestedingsprocedure en kreeg de opdracht gegund.
Investeringen in verbetering
De nieuwe concessie betekent niet alleen dat Arriva blijft, maar ook investeert in verbetering. Zo komen er in Oost-Brabant 170 nieuwe zero-emissie bussen en wordt de dienstregeling met zo’n 15 procent uitgebreid. Ook belooft Arriva te investeren in snellere verbindingen en betere overstappen. Het nieuwe contract biedt bovendien ruimte voor innovaties, zoals meer samenwerking met buurtbussen, flexibele ritten en vervoer op maat voor dunbevolkte gebieden. Jan Pieter Been, regiodirecteur Arriva Zuid, is enthousiast: “We zijn echt ontzettend blij dat de concessie Oost-Brabant opnieuw aan ons is gegund en we het openbaar vervoer mogen blijven verzorgen in deze mooie regio. Met deze gunning kunnen we het openbaar vervoer in dit gebied met hart en ziel verder ontwikkelen, vernieuwen en onze dienstverlening richting de reizigers optimaal organiseren.”
